Curriculum
Er zit schoonheid in vergankelijkheid en dood terwijl de angst ervoor regeert. Mijn universum is vaak chaotisch, barstend van beelden en ideeën die helemaal nooit luchtig zijn. De oorsprong daarvan ligt zonder twijfel bij het werk van Gerard David – ‘Oordeel van Cambyses’ waar ik als kind tegelijk afschuw als fascinatie in vond. Mijn hele leven probeer ik die horror te verwerken in duizend en één variaties en evenveel vormen en paletten in een oneindige stroom van onafgewerkte ideeën en installaties. Beeld, vorm, klank, … alles probeer ik in te zetten om die wereld van bevreemding vast te leggen, maar het blijft een aanhoudend streven naar dat ultieme raadsel dat onvatbaar lijkt te zijn.
Ik groeide op in de beenhouwerij van mijn ouders, tussen vlees, beenderen, koeienkoppen en bloedworst… dood en vergankelijkheid zijn nooit veraf geweest. Het was mijn eerste laboratorium van verrottingsprocessen en geboortes van abominaties. Mijn mama stierf aan de gevolgen van Alzheimer, een aftakelingsproces dat leidt tot een levende dode, dit heeft onvermijdelijk een impact gehad op mijn latere werk; ontzag en vrees dat het ook mij kan overkomen.
Ik haalde mijn diploma aan de kunstacademie te Brugge maar ben vooral autodidact, steeds op zoek naar nieuwe technieken en materialen. Het experiment staat altijd centraal in een poging om de ontsteltenis vast te leggen opdat ik deze zou kunnen omarmen, vasthouden en betasten. Elk experiment draagt bij aan de zoektocht naar het ultieme raadsel die de onrust en de chaos in mijn hoofd helpen te kristalliseren en te genezen. Ze brengen rust, maar zelden tevredenheid omdat middelmatigheid mij stoort. Ontzag en daarbij de fascinatie voor afschuwelijkheid lijken niet te vatten op één soort canvas. Het is Sisyfusarbeid!
Ondertussen ben ik blijven studeren en studeerde af als Multimedia technicus. Het combineren van klank en beeld, de installatie als een soort performance, contrasten van fysiek en virtueel werk waarbij ook de computer beslist door experiment en prutserig onderzoek, het is allemaal een gevolg van de brand in 1996, waarbij mijn hele huis en daarmee ook mijn atelier en alle werken erin vernield werden.
Sindsdien zoek ik houvast in digitale technieken, augmented reality, 3D software en tekensoftware. Dit medium past perfect bij de ongrijpbaarheid van mijn onderwerpen en biedt tegelijk oneindige mogelijkheden om het te vatten. De iPad als canvas, de computer als bondgenoot, de binaire wereld in oneindig veel tinten gevat. Het digitaal platform is comfortabel omdat de processen om tot een beeld te komen nooit definitief destructief zijn. Maar ook de digitale wereld kent zijn vergankelijkheid, sputterende software, verouderende hardware en finaal de vergetelheid, net zoals mijn eerste digitaal werk op floppydisc, inmiddels vacuüm verpakt in een poging te bewaren.
Wat is kunst anders dan een poging om de ziel van de kijker (maar ook de kunstenaar!) te helen?
Na de brand moest ik mijn thuis en mijn atelier heropbouwen en dat liep samen met het bouwen aan mijn gezin. De tijd die ik in mijn atelier wilde doorbrengen werd opgeslorpt door werk, gezin en verbouwing. Ik durfde ook niet te herbeginnen in de wetenschap dat ik me erin zou verliezen. Ik vond in die tijd wel heil in de eenvoud van mijn atelier -de Ipad- die op elk vrij moment rust bracht voor mijn getormenteerde ziel.
Vandaag geef ik me volledig over in mijn heropgebouwde ateliertje en experimenteer met allerhande materialen om de digitale wereld in te vervatten. Ik ken een ontembare huidhonger en werk inmiddels graag met SCOBY (Symbiotic Culture of Bacteria and Yeast) om huiden mee te creëren, als zijn ze afkomstig van mijn objecten uit de metaverse; metahumans, anatomische preparaten uit het slachthuis (of ziekenhuis?), ik ben de chirurgijn in mijn anatomisch theater.
Yves Gabriels
69-96-2023
© Alex Vanhee